Carnivoor

Het carnivoor dieet is een voedingswijze die volledig draait om dierlijke producten zoals vlees, vis en dierlijke vetten. Het idee achter dit patroon is dat ons lichaam zich door miljoenen jaren evolutie grotendeels heeft ontwikkeld op een voeding die rijk was aan dierlijke bronnen. Jagers-verzamelaars aten niet alleen spiervlees, maar maakten gebruik van het hele dier: van spieren en botten tot huid en organen. In veel traditionele samenlevingen werden juist de organen beschouwd als de meest waardevolle delen, vanwege hun geconcentreerde voedingsstoffen en symbolische betekenis.

Orgaanproducten zoals lever, hart, nieren en beenmerg leveren een breed spectrum aan stoffen die in spiervlees minder aanwezig zijn. Ze vormen daarmee een belangrijke aanvulling binnen een carnivoor voedingspatroon en sluiten aan bij een filosofie van “nose-to-tail” eten, waarbij niets van het dier verloren gaat. Dit gebruik van het hele dier werd niet alleen gezien als efficiënt, maar ook als een manier om respect te tonen voor het dier en de natuur.

In de moderne tijd kan het voor veel mensen een uitdaging zijn om regelmatig verse orgaanproducten te vinden of te bereiden. Daarom worden organen vaak verwerkt in supplementvorm, zodat de voordelen van deze voedzame onderdelen toch eenvoudig beschikbaar blijven. Zo combineren orgaanproducten traditie en praktische toepasbaarheid, en sluiten ze aan bij een voedingswijze die geworteld is in evolutie en culturele geschiedenis, en die tegelijkertijd hedendaagse inzichten eer aandoen.